
Vachtverzorging
Elke hond heeft een ander soort vacht, en dat betekent ook een andere manier van verzorgen. Het regelmatig borstelen en onderhouden van de vacht is belangrijk voor de gezondheid van je hond én zorgt ervoor dat hij er mooi en verzorgd uitziet. Hieronder vind je de belangrijkste vachttypen met hun kenmerken, voorbeelden en verzorgingstips.

Praktische tips voor borstelen thuis
Elke hond heeft een andere vacht, en dus ook een andere borstel nodig. Van een rubberen handschoen voor korte, gladde vachten tot een slickerborstel en kam voor lang of krullend haar. Met de juiste borstel blijft de vacht niet alleen mooi, maar voorkom je ook klitten en losse haren in huis.

Shampoo-gids voor elke vacht
Niet elke shampoo is geschikt voor honden. Hun huid is gevoeliger dan die van mensen, dus gebruik altijd een speciale hondenshampoo. Of je nu een Golden Retriever met een dikke ondervacht hebt, een Poedel met krullen of een kortharige Beagle – voor elke vacht is er een passende shampoo die zorgt voor een frisse, gezonde vacht.
Kort of glad haar
Honden met een korte, gladde vacht – zoals de Boxer, Beagle, Dalmaat of Weimaraner – hebben een vacht die strak tegen het lichaam ligt. Het haar voelt vaak wat hard aan en glanst. Deze honden hebben weinig tot geen onderwol en verharen het hele jaar door een beetje. Er is dus geen sprake van een echte ruiperiode.
De verzorging van dit type vacht is vrij eenvoudig. Een wekelijkse borstelbeurt met een rubberen borstel of handschoen helpt losse haren verwijderen en stimuleert de bloedsomloop. Tijdens de rui kan een furminator of harkje gebruikt worden om losse haartjes mee te nemen, maar overdrijf dit niet, want dat kan de vacht beschadigen. Baden is meestal niet vaak nodig, tenzij de hond erg vies is. Gebruik dan altijd een milde hondenshampoo.
Een belangrijk aandachtspunt bij kortharige vachten is dat de haren vaak in meubels, kleding en vloerbedekking blijven prikken. Regelmatig borstelen, bij voorkeur buiten, bespaart je veel stofzuigwerk.
Lang haar met weinig onderwol (mozaïekverharing)
Rassen zoals Setters en Spaniels hebben vaak een lange, vloeiende vacht met weinig onderwol. Deze honden verharen niet in één keer, maar steeds een beetje, wat ook wel mozaïekverharing wordt genoemd. Hoewel de vacht luchtig lijkt, is hij gevoelig voor klitten, vooral achter de oren, in de oksels, liezen en bij de achterpoten.
De verzorging van dit vachttype vraagt om regelmatig borstelen – idealiter dagelijks of meerdere keren per week. Een pinnenborstel of zachte slickerborstel is hiervoor geschikt. Na het borstelen is het belangrijk de vacht na te kammen met een metalen kam om te controleren of er geen klitten achterblijven. Ook kan het nodig zijn om af en toe de puntjes te knippen of het model rond de oren, poten en staart bij te werken.
Wie de vacht goed bijhoudt, voorkomt vervilting en houdt de hond mooi verzorgd.

Krulvacht
Honden met een krulvacht, zoals de Poedel, Labradoodle of Spaanse Waterhond, hebben zachte, wollige haren die voortdurend doorgroeien. Ze verharen nauwelijks, maar de losse haren blijven in de krullen hangen. Dit veroorzaakt klitten, vooral dicht bij de huid. Omdat het haar altijd doorgroeit, lijkt het meer op mensenhaar dan op een normale honden vacht.
De verzorging van een krulvacht is intensief. Dagelijks tot om de dag borstelen is noodzakelijk, bij voorkeur met een slickerborstel. Na het borstelen moet je altijd naborstelen met een metalen kam, om zeker te zijn dat je tot op de huid komt. Daarnaast is een professionele knip- of scheerbeurt elke zes tot acht weken nodig. Baden kan, maar doe dit altijd in combinatie met borstelen en knippen, omdat water klitten juist kan verergeren.
Deze honden zijn populair bij mensen met allergieën omdat ze weinig verharen, maar hun vacht vraagt wel de meeste tijd en aandacht om goed te onderhouden.
Ruwhaar (dubbele vacht)
Ruwharige honden, zoals veel terriërs, Schnauzers en sommige Dashonden, hebben een dubbele vacht: een harde, draadachtige bovenvacht en een zachte ondervacht. Het dekhaar valt niet vanzelf uit, maar blijft vastzitten en moet daarom handmatig geplukt worden.
Plukken gebeurt meestal elke vier tot zes maanden en wordt vaak door een trimsalon gedaan. Thuis kun je de vacht wekelijks doorkammen met een grove kam of harkje om de losse onderwol te verwijderen. Belangrijk is dat een ruwharige vacht nooit geknipt of geschoren wordt, omdat het harde dekhaar daardoor verdwijnt en de vacht zacht en wollig wordt.
Wanneer de hond regelmatig wordt geplukt, is een ruwharige vacht verrassend onderhoudsvriendelijk. Het plukken doet geen pijn, omdat het haar loslaat zodra het “rijp” is.

Lang haar met veel onderwol
Rassen zoals de Collie, Sheltie, Newfoundlander en Golden Retriever hebben een vacht die bestaat uit een zachte, dichte onderwol en een lange bovenvacht. Deze honden verharen het hele jaar door, maar hebben daarnaast ook nog eens een hevige rui in de lente en herfst.
De verzorging vraagt om regelmatig borstelen, minstens twee tot drie keer per week. Tijdens de rui kan een onderwolhark of furminator gebruikt worden om de losse onderwol voorzichtig te verwijderen. Na het borstelen is het verstandig de vacht na te kammen om te controleren of de ondervacht goed meegenomen is. Extra aandacht moet besteed worden aan plekken die snel klitten, zoals de oksels, liezen en achter de oren.
Het borstelen moet in lagen gebeuren: alleen over de bovenkant gaan helpt niet. Door laag voor laag te werken, kom je tot op de huid en verwijder je ook de losse onderwol.

Vilthaar
Een bijzondere vacht is die van honden zoals de Komondor, Puli en Bergamasco. Zij hebben een dubbele vacht waarbij de lange bovenvacht en de dichte ondervacht samen vervilten tot koorden. Deze koorden ontstaan vanzelf, maar moeten goed begeleid worden, anders verandert de vacht in één grote viltmassa.
De verzorging van een vilthaarvacht gebeurt vooral met de handen. Je moet vanaf jonge leeftijd de plukken wol scheiden zodat ze losse koorden vormen. Borstelen gebruik je hierbij niet; hooguit een grove kam om de strengen te verdelen. Een ander aandachtspunt is het drogen: na een bad kan de vacht dagenlang nat blijven. Vaak wordt daarom een krachtige föhn of waterblazer gebruikt om dit proces te versnellen.
Een vilthaarvacht is een specialistenvacht die veel tijd en ervaring vraagt. Vaak is samenwerking met een gespecialiseerde trimsalon de beste oplossing.